In deze blog post geef ik je tips voor het kopen van duurzame kleding, en dan op zo’n manier dat het nog wel een beetje betaalbaar is en dus ook kan met een kleiner budget. Handig voor als je je studieschuld aan het aflossen bent, bijvoorbeeld.
Het begon met dit berichtje.
“Hey Maaike! Ik ben heel goed bezig met zuinig leven. Maar ja, na m’n tweede zwangerschap heb ik tien kilo extra. En nu is het zomer en staat niks leuk en zit niks lekker. Ik wil daarom nieuwe kleren kopen. Maar het irriteert me ook, zo schiet het besparen natuurlijk niet op. Heb je misschien tips?”
Weet je, ik vind kleren kopen zelf eigenlijk best moeilijk
Sterker nog, ik ben er bijzonder slecht in. Ik vind het niet leuk. Ik weet niet goed wat ik wil. Ik weet ook al niet wat me goed staat. En dan wil ik óók nog eens graag dat alles dat ik koop verantwoord is geproduceerd. Liefst goed voor het milieu én goed voor de mensen die het maken.
Ik vind het dus maar moeilijk, kleren kopen. Gelukkig heb ik een vriendin die er steengoed in is, zij helpt me soms. En in 2019 en 2020 — de jaren waarin ik mijn studieschuld supersnel aan het aflossen was — kocht ik zelfs helemáál geen kleding meer. Beviel prima. (Zie hier m’n maandbudget uit die tijd.)
Goed, die tips voor goedkope en duurzame kleding
Langzamerhand heb ik wel wat geleerd gelukkig. En toen ik pas voor het eerst in jaren kleding kocht, lukte het me zowaar om het duurzaam én betaalbaar te doen. En ik had er nog lol in ook.
Dit kocht ik:
- Twee truien, een blouse en twee shirtjes bij een tweedehandswinkel van Appel & Ei (samen betaalde ik voor dit alles 48,95 euro)
- Tien paar supervrolijke sokken (twee setjes van elk 3,99 euro) bij Zeeman (en die winkelketen is lid van de Fair Wear Foundation)
Zo kom ik automatisch uit bij de eerste twee tips voor het kopen van duurzame kleding die toch betaalbaar is.
Tip 1: Koop tweedehands
Vinted, Facebook Marketplace, kringloopwinkels, je kunt echt op heel veel plekken tweedehandskleding vinden. Fijn goedkoop. En het mooie van tweedehands is dat je spullen een nieuw leven geeft. Dat is dus sowieso duurzaam.
En voelt het gek om tweedehands kleding te dragen? Begin dan eens met winkelen bij een wat luxere tweedehandswinkel zoals die van Appel & Ei. Iets duurder dan de kringloop maar die winkels zien er supernetjes en luxe uit.
Tip 2: Check de merken die zijn aangesloten bij de Fair Wear Foundation
De Fair Wear Foundation is een internationale organisatie waar verantwoorde kledingmerken zich bij kunnen aansluiten. De club adviseert, onderzoekt hoe kledingmerken het doen en checkt fabrieken waar kleding wordt gemaakt.
Ook heeft de Fair Wear Foundation een lijst met zo’n 130 kledingmerken die verantwoorde kleding produceren. Heel handig dus. En ja, daar zitten veel dure merken tussen maar óók goedkope ketens als Zeeman en Takko.
? Hier vind je de volledige lijst.
En hier nog twee verhalen van over duurzame kleding die toch betaalbaar is:
- When Sara Smiles: Een duurzame garderobe met een klein budget? Túúrlijk kan dat!
- Project Cece: Dit zijn onze favoriete betaalbare duurzame merken
Tip 3: Je doet het nooit helemaal goed en dat is oké
Misschien denk je nu, goh, die Zeeman, was die pas niet in het nieuws vanwege dwangarbeid? Jep, dat was zo. Maar dat wil paradoxaal genoeg niet zeggen dat het bedrijf het allemaal verkeerd doet.
Het is nogal complex, die wereld van duurzame kleding
Zo zou je misschien verwachten dat dure kledingmerken het beter doen dan goedkope. Meer geld verdienen betekent vast ook meer salaris voor de mensen die in de fabrieken werken? Maar nee, zo werkt het niet. Veel dure merken zijn helemaal niet duurzaam.
En zelfs merken die alles goed willen doen en die met liefde voor goede salarissen en arbeidsomstandigheden willen zorgen, doen in de praktijk vaak niet alles 100 procent duurzaam en verantwoord. Dat is nagenoeg onmogelijk, helaas.
Nog even over Zeeman
Dat die misstanden bij Zeeman pas aan het licht kwamen, komt doordat het bedrijf openbaar maakt in welke fabrieken het kleding laat maken. Onderzoeksorganisaties kunnen die fabrieken daardoor goed onderzoeken.
Veel merken vertellen überhaupt niet waar ze hun kleding laten maken. Die bedrijven doen misschien nog wel veel meer verkeerd, maar ja, dat is voor onderzoekers veel moeilijker te ontdekken. En dus komen ze lang niet zo vaak in het nieuws.
Kortom: als Zeeman die misstanden nu snel en goed aanpakt, dan doet het bedrijf het zo gek nog niet. (Meer weten? Lees dit artikel in de Volkskrant.)
Tip 4: Sla niet meteen flink in, check eerst wat je mist
Vroeger kocht ik zakken met kleding tegelijk. Sale? Hoppa, groots inslaan. Alles snel even passen, en zelfs dat soms niet eens, en mee naar huis. Thuis gooide ik alles in m’n kledingkast, en het merendeel van de kledingstukken kwam daar nooit meer uit.
Hmm. Jep. Zonde.
Inmiddels draai ik het om. Ik koop in eerste instantie niks. Ik draag wat ik heb. En pas als ik dan daadwerkelijk in de praktijk iets mis, ga ik ernaar op zoek.
(Oh, en nog zoiets, van Marie Kondo leerde ik om mijn kledingkast rücksichtslos op te ruimen. Te groot? Weg ermee. Te klein? Weg ermee. Geen fijne stof? Weg ermee. Het resultaat is een kledingkast met alleen maar dingen die ik graag draag. Goud waard.)
Tip 5: Iets meer betalen kan juist heel goed uitpakken
Het lijkt misschien aantrekkelijk, al die supergoedkope shirtjes en jurkjes bij H&M en Zara. Maar weet je, die dingen worden niet alleen veelal onder beroerde omstandigheden gemaakt, ze zijn ook vaak van slechte kwaliteit én ze zijn al snel weer uit de mode.
En dat laatste is expres hè? Dan heb je namelijk volgende maand wéér nieuwe kleren nodig. Zo verdienen die fast-fashion-bedrijven heel veel geld.
Niks aan toch, eigenlijk.
Zo kan het ook:
- Denk eerst goed na over wat je nodig hebt
- Koop vervolgens alleen de dingen die je echt graag wilt
- En kies die kledingstukken dan zorgvuldig uit
Door minder kleding te kopen, kunnen de dingen die je wél koopt iets duurder zijn. En zo eindig je met een kledingkast die niet uitpuilt maar vol zit met verantwoorde kledingstukken die je allemaal graag draagt.
Zo’n kledingkast is een feestje, elke dag weer. ☀️
Tip 6: Kijk eens of je kleding kunt ruilen met je vriendinnen of familieleden
Een variatie op het kopen van tweedehandskleding: ruilen! Die rokjes waar jij op bent uitgekeken? Misschien is een vriendin daar juist hartstikke blij mee. En wie weet wat voor moois jij ontdekt als je haar kledingkast eens induikt.
En nog extra leuk: zo’n ruilevenement kan zomaar een toffe avond opleveren. Muziek erbij, iets lekkers te drinken, en dan verhalen vertellen over vroeger, over wie je was toen je die kleding kocht en over alles wat je sindsdien hebt gedaan.
Tips voor een succesvolle kledigruil
Tip 7: Maak er een budget voor
En wat altijd hebt, voor het geval je het nog niet doet: budgetteren. Bijhouden hoeveel geld er binnenkomt en hoe je dat geld wilt het liefste wilt inzetten. Bezuinigen op kleding kan lekker zijn, maar het is natuurlijk óók fijn om kleding te hebben waar je je goed in voelt.
Kortom: zorg dat je geld opzij zet voor het kopen van kleding. Hoeveel geld je erin stopt, bepaal je natuurlijk zelf. Het hoeft niet veel te zijn, al mag dat natuurlijk best. Het is maar net wat jij het liefste wilt. Maar spaar in elk geval een beetje geld bij elkaar, dan kun je kleren kopen zonder stress.
Meer weten over budgetteren? In dit verhaal leg ik simpel uit hoe ik het aanpak. Luchtig en vrolijk natuurlijk, niks ingewikkelds.